De wintergarderobe is uitgekozen, de sneeuwbotten afgeborsteld en het hotel en de skipas zijn geboekt. Rest je alleen nog de auto in te laden en de rit naar de pistes af te leggen. Om niet voor vervelende verrassingen te staan, hou je best deze praktische tips in je achterhoofd.
1. Winterbanden
Wellicht de belangrijkste tip uit het lijstje: zorg voor winterbanden of sneeuwkettingen. Die zijn een must als je de bergen in trekt. In Nederland en België zijn winterbanden niet verplicht, maar in veel andere landen ligt dat anders. In Duitsland bijvoorbeeld moet je sinds 2010 met winterbanden rijden bij gladheid. Ook Oostenrijk, Zwitserland en Italië hanteren strenge regels op dat vlak.
2. Verzekering
Ga na of je een geldige reisverzekering hebt. Vooral op wintersportvakantie is omwille van de weersomstandigheden de kans groter dat je een ongeval onderweg of op de skipiste krijgt. Controleer of de dekking ‘wintersport’ bij je huidige reisverzekering is afgesloten. Zonder deze dekking ben je niet verzekerd voor repatriëring.
3. Winterspullen
Neem wat extra wintergadgets mee voor het geval de auto ’s nachts buiten moet staan en dichtvriest. Denk naast ruitontdooier, slotontdooier (buiten de auto bewaren) en ijskrabbers ook aan een paar matten, een deken voor op de voorruit, een schep en een veger om wegrijden uit diepe sneeuw makkelijker te maken.
4. Antivries
Zorg voor voldoende ruitenwisservloeistof in de auto. Door de vuile en vochtige wegen worden je ruiten ’s winters erg snel vuil. Vul de ruitensproeiervloeistof bij met een antivriesvariant. De zomervloeistof kan bevriezen in het reservoir.
5. Pas je rijstijl aan
Wil je wegrijden uit de sneeuw? Doseer dan gas en koppeling goed en voorkom doorslippen van de aangedreven wielen. Je kan ook wegrijden in de tweede versnelling, zo is de kans op doorslippen een stuk kleiner. Houd onderweg afstand, rem niet abrupt en neem bochten niet te scherp. Rem bij het naar beneden rijden op de motor, zo is de kans kleiner dat de banden doorglijden.
6. Bereid je voor
Zoek voordat je vertrekt de verkeersinformatie en weersomstandigheden van je eindbestemming op. Schaf eventueel milieustickers en tolvignetten op voorhand aan, dat bespaart wachttijd. Controleer of bepaalde cols en bergwegen open zijn. Neem best ook altijd wegenkaarten mee, ook al heb je een goed navigatiesysteem.
7. Genoeg proviand
Zorg voor voldoende eten en drinken, eventueel in een thermos, voor onderweg. De rit is lang en kan misschien door file nog langer duren. Stop onderweg om de twee uur om je gedachten te verzetten en zo geconcentreerder de rit verder te zetten.
8. Hou het warm
Zet de verwarming in de auto niet te hoog. Houd het bijvoorbeeld bij een 18°C in plaats van een behaaglijke 21°. Vooral in extreme kou kost het de auto liters brandstof en dus vermogen om de ruimte warm te houden. Zorg eventueel voor extra fleecedekentjes voor de kinderen.
9. Parkeer slim
Overnacht je onderweg en moet de auto buiten blijven staan bij ijskoude temperaturen? Parkeer dan, als dat mogelijk is, achteruit in. Zo kom je makkelijker weg als het gesneeuwd heeft. Zet de ruitenwissers ook omhoog om vastvriezen te vermijden. Wordt er sneeuw verwacht? Leg dan voordat je inparkeert sneeuwkettingen op. Trek de volgende dag de vastgevroren autodeuren niet meteen open, maar duw ze eerst los om geen schade te veroorzaken.
10. Zorg voor sfeer
Je zit met je gezin waarschijnlijk lang in de auto, dus hou je de sfeer best gezellig. Neem cd’s mee of stream je favoriete afspeellijsten offline via je gsm. Luister je liever naar de radio? Programmeer alvast de frequenties van je favoriete radiostations of die uit het buitenland. Reis je met kinderen? Zorg dan voor voldoende afleiding.
Foto: © Land Rover MENA
Laat een bericht achter